Elke keer wanneer er een ‘Kermis’ is bij 1 van de Turkse instanties hier in de omgeving ga ik onder andere op zoek naar deze fellah koftesi. Ik heb heerlijke versies gehad (en soms ook een niet zo lekkere helaas) maar hoe vaker ik ze at hoe vaker ik dacht ‘ Dit moet ik zelf kunnen maken’. En dat kan, het is eigenlijk heel makkelijk al kan het in het begin een beetje tricky zijn met het maken van de koftesi zelf. Ondertussen heb ik geleerd dat je bulgur best nat mag worden zodat je een deeg kunt krijgen. Ook telt hier niet dat ‘bigger better is’, juist andersom, met kleinere koftesi heb je een betere verhouding tussen saus en deeg. De meeste smaak zit namelijk in de saus.
Het leukst vind ik de structuur van de balletjes, het zijn kleine bulgurballetjes en zo smaakt het ook. Door bloem en ei krijg je een iets elastische structuur, dus laat dat niet weg. Mocht je wel eens gnocci hebben gemaakt, het koken van de koftesi lijkt daarop. Wanneer ze boven komen drijven zijn ze gaar.
Ik denk dat de creatievelingen die dit lezen meteen aan nieuwe gerechten denken. Ik had dat wel tijdens het koken.
Veel plezier met het vormen van de bolletjes en eet smakelijk alvast.
Recept
Prima lunch voor 4/6 personen met een salade erbij of als onderdeel van een (salade)buffet voor een grotere groep.
Ingrediënten
Voor de balletjes:
150 gr fijne bulgur
325 ml heet water
50 gr griesmeel (fine)
1 ei
50 gr bloem
1 el tomatenpuree
1 tl zout
1tl peper
1/2 tl paprikapoeder
Voor de saus:
2 tomaten geraspt
4 el olijfolie
2 volle eetlepels tomatenpuree (of vervang de helft met paprikapuree)
2 tenen knoflook geraspt
1tl paprikapoeder
1/2 tot 1 tl pul biber
1 tl komijnpoeder
1/2tl muntpoeder
peterselie
citroenpartjes
Bereidingswijze:
Giet het hete water over de bulgur, laat staan totdat al het vocht is opgenomen en laat vervolgens even afkoelen. Voeg dan de overige ingrediënten toe en kneed goed door tot je een deeg hebt.
Maak nu kleine balletjes van het deeg, hoe kleiner hoe beter. Op de foto zie je dat de mijne nog best groot zijn maar dat komt omdat ik soms gewoon lui ben. Hoe dan ook, kleine balletjes vormen. Wil je ze authentieker druk er dan met je pink een hol in (hier blijft de saus lekker kleven).
Zet water op met wat zout, wanneer het water kookt kan je de koftesi toevoegen. Op het moment dat ze naar boven komen drijven zijn ze gaar.
Voor de saus:
Neem een grote (steel)pan zodat je later ook de koftesi kan toevoegen. Meng alle ingrediënten behalve de peterselie op middelhoog vuur tot een dikke saus.
Laat even pruttelen en haal dan van het vuur af. Proef natuurlijk eerst even of het naar smaak is. Meer tijd? Bak dan eerst de knoflook in de olie tot je hele keuken lekker ruikt, voeg dan de tomaten en tomatenpuree toe en bak die aan. Tenslotte voeg je de rest toe.
Meng met de koftesi, bestrooi met de fijngesneden peterselie en serveer lauwwarm met (knoflook)yoghurt of koud. Je kan de koftesi prima in de koelkast bewaren.
Je kan natuurlijk van alles toevoegen aan de saus. Wil je er kikkererwten of linzen bij? Lekker, vooral doen. Wil je het pittiger of zoeter? Dat kan. Je kan ook een beetje azijn, citroen of granaatappelmelasse toevoegen voor een zuurtje. Je kan, hoewel het in basis een vegetarisch gerecht is, er stukjes kip of kleine gehaktballetjes aan toevoegen. Dus probeer het uit en van daaruit kun je gaan experimenteren.
Andere recepten uit de Turkse keuken (klik hier)?
Of wil je iets maken met bulgur (klik hier) of tomatensaus (klik hier)?
1 Comment